Gemeenten krijgen van het kabinet 15 miljoen euro extra om Nederlandse les aan te beiden aan Oekraïense vluchtelingen. Dat moet mensen helpen makkelijker contact te leggen en een baan te vinden, zegt minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid).
Miljoenen Oekraïners zijn voor de oorlog met Rusland op de vlucht geslagen. Daarvan worden er tienduizenden in Nederland opgevangen. Van Gennip noemt het een “buitengewone prestatie” dat bijna een jaar na de invasie veel van deze mensen in Nederland hun leven hebben opgepakt en werk hebben gevonden.
“Ook waardeer ik het zeer dat veel werkgevers hun deuren hebben geopend voor deze groep”, zet Van Gennip. “We zien nu dat bij Oekraïners de behoefte groeit om Nederlands te leren en werk te vinden op hun eigen niveau. Daar gaan we bij helpen.”
Oekraïense ontheemden zijn vrijgesteld van een tewerkstellingsvergunning en kunnen daardoor makkelijker aan de slag dan andere vluchtelingen. Van deze mogelijkheid maken er ongeveer 30.000 gebruik. Maar zij werken vaak op tijdelijke contracten en het werk dat zij doen sluit lang niet altijd aan bij hun eigen kennis en vaardigheden.