Minister Ingrid van Engelshoven (Onderwijs) kan nog niet zeggen of er financiële steunmaatregelen komen voor studenten, zoals een tegemoetkoming in het collegegeld voor studenten die studievertraging oplopen door de coronacrisis. Ze wil eerst in kaart brengen hoe groot deze groep is, zei ze woensdag in debat met de Tweede Kamer.
Veel partijen in de Kamer maken zich zorgen over de impact van de crisis op studenten. D66 en CDA riepen vorige week het kabinet op, met steun van de rest van de Kamer, om studenten “waar nodig” te ondersteunen.
Maar hoe wordt “waar nodig” dan gedefinieerd? vragen verschillende partijen zich af. Kunnen studenten niet gewoon de helft van het collegegeld terugkrijgen, vroeg Peter Kwint (SP). Kirsten van den Hul (PvdA) stelde voor om alvast de aanvullende beurs voor “kwetsbare” studenten te verlengen.
Van Engelshoven zei er druk mee bezig te zijn, maar vroeg de Kamer om geduld om de plannen uit te werken.
Kamerleden zeggen ook signalen te krijgen van studenten die hun bijbaan kwijt zijn, maar niet in aanmerking komen voor de generieke steunmaatregelen voor mensen met flexibel werk. Van Engelshoven verwees hiervoor naar haar collega-minister Wouter Koolmees van Sociale Zaken. “Daar wordt heel hard aan gewerkt.”
Een toezegging dat studenten ook in aanmerking zullen komen voor deze ondersteuning, wilde de minister niet doen.